Het tienermeisje Amber staat centraal. Uit korte verhaaltjes blijkt dat Amber niet gelukkig is en het liefste weg wil van haar ouders en broertje. Er hangt een gespannen sfeer in huis. Moeder wil graag haar regels opleggen en praat nauwelijks, vader heeft een kort lontje en losse handjes. Regelmatig vlucht Amber daarom naar haar grootouders. Als haar grootvader overlijdt, verandert Ambers hele leven. Het verhaal bevat alledaagse gebeurtenissen, maar die komen door de aparte schrijfstijl en personages ongewoon over. De verhaaltjes laten, zonder dat dit direct genoemd wordt, het grotere verhaal zien. Ze hebben echter wel allemaal een negatieve ondertoon; nooit gaat eens iets goed of gebeurt er iets leuks. Het is goed geschreven, met een vlotte schrijfstijl en momenten die elkaar in rap tempo opvolgen. Zo wil de lezer doorlezen en wordt mee gesleurd in het verhaal van Ambers beklemmende leven.